Vergane glorie

Oud varend materieel wat niet meer in het bezit is van de Fivelgroep

Oud spul

Een opsomming van oud varend spul van de fivelgroep maar wat nu (soms helaas) niet meer in eigendom is van de fivelgroep 

Lelievlet:  Eems

in 1993 gekocht van een groep in Leeuwarden. Deze vlet voldet niet helemaal aan de eisen die aan een lelievlet worden gesteld. Daarom in 2004 verkocht aan een particulier. Deze heeft hem nu voorzien van een inboard motor

Lelievlet:  Tyfoon

……..

Houten Sloep: Oranje nassau II

bouwjaar: c.a. 1950

afm.: c.a. 8.50×3.00×0.70

motor: Lister SL2, diesel, 2 cyl, 8,5 pk.

Deze zeilsloep is ons geschonken door de baggerschool in Delfzijl. Een aantal jaren heeft hij dienst gedaan als begeleidings boot voor de zeeverkenners. In 1992 is er door de stam met deze sloep naar het NaWaKa in Roermond gevaren. Een tocht van 5 dagen.  Helaas was de mooie houten sloep toch te veel aan onderhoud voor de leiding van de zeeverkenners. Toen op een gegeven momenten de kiel balk steeds rotter werd is er besloten om de sloep te verkopen. De verkoop van de sloep was een goede financiële start voor de bouw van onze sleper “Pit

No Image

No ImageNo Image

No Image

Wachtschip Bolster

In 1998 is de fivelgroep in het bezit gekomen van het het schip de Bolster. In een jaar tijd is het schip geschikt gemaakt voor de groep. In 2009 kregen we een ander schip aangeboden waarna de Bolster verkocht is.

Meer info over de Bolster is hier te lezen

wachtschip

M/S Bolster

 Naam:

 Bolster

 Model:

 Groninger bolpraam

 bouwjaar:

 c.a. 1905

 werf:

onbekend

 afm.(lxbxh)

 17×3.95×3.00m

 motor:

 Gardner 4LK 62 PK

Sinds het najaar van 1998 zijn we ook in het bezit van een wachtscheepje. Dit schip, geschonken aan ons door dhr. Pit uit Wierum (Fr), hebben we in de winter van 1998 en voorjaar van 1999 een grondige opknapbeurt gegeven. Van oorsprong is de Bolster een Groninger Bolpraam, deze praam is in ca. 1945 ontdaan van zijn tuigage en voorzien van een opbouw en een dieselmotor. In de winter van 2001 / 2002 zijn we bezig om binnen in de boel te vertimmeren. Er komen 6 kooien bij hierdoor krijgen we 12 vaste slaapplaatsen. Ook komt er een nieuw kombuis in en gezellige zit hoek

De eerste reis

Oktober 1998 was het zover, ons net gekregen scheepje zouden we even met een paar stamleden vanuit de loosdrechtseplassen naar Delfzijl varen. Aangezien eigenlijk niemand van de stam ervaring het met een boot groter dan een lelievlet werd eens bij bevriend schipper van de Chaukenstam, Jan Rozema, gevraagd of hij ons wel wou assisteren.Geen probleem natuurlijk. Op een woensdag avond reden we in een citroen BX richting de loosdrechtseplassen afgeladen met accu’s, gereedschap, brandstofjerrycans reserve onderdelen, acculaders, zwemvesten kwamen we in het donker aan. Het schip hadden we allen de zaterdag ervoor nog maar gezien. Dus natuurlijk begonnen we eerst met een uitgebreide ontdekkings tocht. Veel viel er eigenlijk niet te ontdekken, Behalve dan dat het interieur niet veel soeps was en das de hele schuit wel een verfje kon gebruiken. Maar ja een gegeven paard mag je niet in de bek kijken. De planning van ons was om donderdag morgen te vertrekken richting Delfzijl. Zaterdag avond wouden we in ieder geval in Sneek aankomen, hier zou de Jacoba II liggen, klaar met een BBQ. Woensdagavond eerst nog eens even gecontroleerd of de motor het  nog deed( hij deed het) en de accu eens aan de lader gezet. Na nog een paar biertjes te hebben genuttigd gingen we vroeg te kooi, onze inhuur schipper Jan zou de volgende morgen vroeg aan boord verschijnen.

De volgende morgen belde Jan al dat hij toch iets later kwam, voor ons nog even de tijd dus om schoon schip te maken. De Bolster was voorzien van een laag groene zooi. Halverwege de morgen arriveerde Jan. Gelijk voor en achter los en op naar de sluis die ons nog scheidde van de Vecht. In dit sluisje aanbeland vroeg de sluiswachter ons gelijk waar we wel niet met deze praam heen wouden Op ons antwoord Delfzijl wenste hij ons wel heeeeel veeel succes. Na een km of 5 bleek dat we dat ook wel nodig hadden. Er klonk een “kloenk”uit de motorruimte en daarna bleef het wel erg stil. Shit motor uitgevallen, naja versmaad eens laten uitdobberen totdat we de wal bereikten en hierna op onderzoek. Het koelvloeistofpeil was tot een dusdanig niveau teruggezakt dat het niet meer peilbaar was. De motor was dus oververhit geraakt. De vorige eigenaar had wel verteld dat er een klein lekje in het koelsysteem zit, maarja het is maar net wat je onder klein verstaat. Na het koelvloeistof weer op peil te hebben gebracht met Vecht water vervolgen we onze reis. Al snel bleek dat het koelwater toch wel verontrustend snel uit het reservoirtje liep. Probleem dus. Maar na wat inventief te hebben nagedacht bouwden we een constructie die bestond uit een klein dompelpompje aan een pikhak die overboord hing. Het geheel werd met een schakelaar bedient, dit dusdanig dat steeds het koelwatertankje vol bleef. Elk uur had iemand anders de eervolle taak om de schakelaar te bedienen. Eigenlijk werkte het systeem niet perfect. na een km of 10 viel de motor weer uit. Het zelfde probleem. ’s avonds werd er vastgemaakt in een een of ander plaatsje aan de vecht. Na rijp beraad werd besloten dat we zo eigenlijk niet verder konden, we gingen opzoek naar een werf. Het plan was om de bolster droog te zetten en op de koelpijpen onder het vlak professorisch te repareren.

Vrijdag morgen kwamen we al vroeg bij een klein werfje aan, Vragend naar de kosten om de bolster even een middagje op het droge te zetten, bleek al snel dat financieel niet haalbaar was.

Maar gelukkig had de werf baas een geniale oplossing voor ons. Eerst de koelpijpen werden aan de binnenkant afgezaagd en een prop in geslagen. Hierna werd er een nieuw koelsysteem aangelegd. Via de WC werd er water aangezogen en door de motor gepompt  via een slang weer naar buiten afgevoerd. Na een middagje knutselen werkt het systeem perfect. Ondertussen waren we wel goed achter geraakt op ons reisschema. Gelukkig konden we aan het eind van de middag en begin van de avond nog behoorlijk wat km maken. Uiteindelijk kwamen we ’s avonds ergens bij Hardewijk uit. De volgende morgen erg vroeg uit bed, we wouden om 06.00 uur varen. Het plan was nog steeds om vanavond in Sneek uit te komen. Maar na wat start pogingen te hebben ondernomen zaten we met het volgend probleem. De motor sloeg niet aan. Alles controleren, nieuwe poging, niets. Na vele pogingen kwam er iemand achter dat de stopknop nog in de stopstand stond,. (Shit, weer een uurs verspeeld). Hierna sloeg de motor echter moeiteloos aan. Volgas richting Sneek. Na een paar uur varen kwamen we op het ketelmeer terecht. hier bleek alwel wat voor weer het was. Harde wind, grootte golven, fishermansfriend weer. na even Ketelhaven aan hebben gedaan (Rob moest van boord) gingen we vol goede moet en stoere praat het IJselmeer over. Na een uurtje IJselmeer bij windkracht 6 en de golven dwars in , verdween de stoere praat snel. Het slingeren begon zulke vormen aan te nemen dat de stuurhuisdeur uit zijn kozijn scheurde. maar gelukkig konden we hem net van de verdrinkingsdood redden en met behulp van een accuboormachine weer op zijn plek terug zetten. Ondertussen was het aan boord een gigantische zooi geworden van rondslingerende yoghurtpakken en andere plakzooi. De ramen om de opbouw verdwenen ook zo nu en dan voor een deel onderwater. Maar gelukkig na een uurtje of drie deze gevaren getrotseerd te hebben kwam Lemmer in zicht. Even een telefoontje naar Rob gepleegd te hebben stond hij even voorbij de sluizen voor ons klaar met een jerrycan diesel, en een stapel nasi van de afhaal chinees. opdat moment was het al 20.00 uur. Toch nog maar even doorzetten, we hadden tenslotte belooft dat we in Sneek zouden zijn. Toen het wat donkerder begon te worden bleek dat de navigatieverlichting ook nog werkte ook, een meevaller op zijn tijd moet kunnen. alleen het heklicht was geel, maar ach wie let daar nu op. Slechts nog een keer brak het zweet ons uit en binnenvaartschipper was waarschijnlijk in slaap gevallen en naderde ons in het donker toch wel heel erg dicht bij. Mar gelukkig alles ging net goed.; Na 2 uurtjes door het donker PM kanaal te hebben  gevaren vonden we de Hylkersloot bij Sneek alwaar de Jacoba II op ons lag te wachten De mannen van de Chauken, Fivel en andere DelfSail reunisten hadden de BBQ al hoog opgestookt. We konden dus gelijk beginnen aan ons sate-tje en biertje. Natuurlijk kwamen de stoere verhalen die we eerder die dag hadden mee gemaakt onder genot van een borreltje nog uitvoerig aan bod. De volgende dag voeren we de Bolster zonder problemen weer verder naar Delfzijl